
Strandvakantie op Sardinië
Sardinië trok al een tijdje mijn aandacht. Wij zijn echte strandliefhebbers en aan mooie stranden geen gebrek op dit mediterrane eiland. Na een lange periode van voorpret en plaatjes kijken op Instagram gingen we in de zomer van 2022 dan eindelijk op vakantie naar Sardinië. Twee hele weken zon, zee en strand, met hier en daar een cultureel uitstapje. Het bleek de perfecte plek om eens even goed op te laden.
De vorige vier zomer vakanties gingen we steeds met een camper op pad. Dit jaar hadden we meer rust nodig. Dus huurden we twee keer een huisje op een camping met zwembad. Dat bleek geen overbodige luxe, want het was in de zomer behoorlijk warm!
Met de auto op de boot
De kinderen keken er reikhalzend naar uit, want we hadden hen beloofd dat we met de auto op een boot zouden gaan en dat we daar dan zouden slapen. Een auto huren op Sardinië is best wel prijzig en om al die mooie afgelegen stranden te zien hadden we wel een auto nodig. Dus reden we met onze eigen auto naar Genua, waar we een nacht en een dag doorbrachten bij de nonni, en pakten daar in de haven de veerboot naar Olbia.
We reisden ’s nachts wat een ideale manier is om geen vakantiedagen te verliezen. Ons hutje was klein en knus, en voor de kinderen was het een groot avontuur. ’s Ochtends konden we na het ontbijt het eiland zien verschijnen aan de horizon.
Noordoost Sardinië
We gingen eerst naar de oostkust. We verbleven op Camping Selema bij het schattige dorpje Santa Lucia. De camping had een prachtig zwembad naast een grote olijfboom die in de nodige schaduw voorzag. Maar dat niet alleen: aan de rand van de camping zat een hek in de muur met daarachter een pad door een pijnboombos dat leidde naar een tropisch wit strand met azuurblauw water. Voor onze afkoeling in het water konden we dus kiezen uit chloor en zout.
Wanneer het in de middag koeler werd, deden we nog weleens een culturele of een biologische wandeling. We zagen de rauwe kustlijn bij de vuurtoren van Capo Comino. We gingen in Cala Gonone op een boot langs de grot van de zeekoe (Grotta di Bue marina) en naar het prachtige Cala Luna, een paradijselijk strand met schaduwrijke grotten. Als je aan deze kant van het eiland bent, mag je dat eigenlijk niet missen. We bezochten het dorpje Posada en klommen naar de hoogte stop van de toren voor een uitzicht. En we gingen naar het klimpark van Santa Lucia.
Noordwestkust
Aan de noordwestkust hadden we een iets luxere camping, in Torre del Porticciolo. Het huisje bleek geen koffiepotje te hebben (heel vreemd), dus haalde ik elke dag een cornetto en een cappuccino in de bar. Ook deze camping had een zwembad en een strand, en wat voor strand:
Op een avond bleven we speciaal lang op om naar de zonsondergang te kijken. Met zo’n strand dichtbij hoef je eigenlijk nooit meer weg, toch deden we ook nog andere dingen. Hier was namelijk het Parco Naturale Porto Conte, waar je prachtige wandelingen kon maken. Langs inhammetjes en blauwe vergezichten. Ik had iets op mijn verlanglijstje staan, maar omdat de weg ernaartoe zo warm was, huurden we een golfkarretje en reden we een deel naar het park. Want de Cala della Barca wilde ik niet missen.
We gingen naar Bosa en Alghero, beide prachtige stadjes. Voor Bosa moesten we wel een stukje rijden, maar dat was een goed excuus om ons even te laven aan de airconditioning in de auto. En de rit was meer dan de moeite waard. Het stadje is een explosie aan kleur en het omhoogklimmen door de straatjes eindigde met een kasteelbezoek en een prachtig uitzicht. Prachtige uitzichten was wel het thema van deze vakantie.
De mooiste stranden van Sardinië
Wat de mooiste stranden van Sardinië zijn is natuurlijk relatief, maar eigenlijk zijn ze allemaal mooi. De mooiste zijn vaak ook de drukste en de regio Sardinië heeft besloten om een aantal van hen te beschermen (tegen overtoerisme en zanddieven) door een toegangskaartje te verkopen en een maximaal aantal bezoekers in te stellen. De populairste moet je zelfs reserveren via een app, anders kom je er niet op. Tipje van mij: ga een keer laat in de middag, dan zijn er al weer mensen weg en mag je – na betaling, dat dan weer wel – alsnog het strand op. Dat deden wij bij Lu Impostu.
Maar de meeste stranden en baaien zijn mooi. Je hebt stranden in allerlei soorten en maten: met zand, met rotsen, langgerekt of juist intiem klein, met of zonder pijnboombos.Wij gingen op de laatste dag nog naar XX, waar ook een restaurant was dat salades, broodjes en patat serveerde.
Eten op Sardinië
We aten een avond in het restaurant van de camping heerlijke culurgiones (pastazakje gevuld met aardappel, pecorino en munt) en als toetje seadas, gefrituurde kaaspasteitjes met honing. Verder ontwikkelden we een lichte verslaving voor het flinterdunne Sardijnse brood: pane carasau, het liefste met een beetje zout erop. We aten in Bosa bij Bacco Bistrot waar de panadas aten, een soort gevulde pasteitjes. Veder dronk ik vooral heel veel Sardijnse Vermentino. Het lekkerste ijsje haalden we op onze laatste dag, bij gelateria Villi in Olbia, net voor onze veerboot vertrok, terug naar het vasteland.
Reacties (0)